Laos-Cambodia 2004
Door Marco de Bock.

[ << ] [ 0 ] [ 1 ] [ 2 ] [ 3 ] [ 4 ] [ 5 ] [ >> ]

Dinsdag, 30-3-04 (dag 6)

Slapen in het poppenhuis van Pakbeng ging maar zo zo. En dan hadden Erik en ik nog wel de royal suite: we konden onze bagage goed kwijt op onze kamer. 's Nachts naar het toilet is wel weer leuk: tussen een haag van kaarslichtjes door de weg over. Het ontbijt vergoed veel. Heerlijk belegd stokbrood, koffie, sapje, banaantjes. Jammie. En je ziet hoe het wordt klaargemaakt: op een tafeltje langs de weg vlak voor het terrasje van het hotel.

Vandaag wordt de dag van de bergdorpjes. We gaan het 'binnenland' - van de Mekong af- in. De dag begint om 7.00 uur mooi: we zien een bedeloptocht van enkele Monniken. Monniken worden hier met respect behandeld. Het is gebruikelijk -en een eer- dat ''n of meerdere jongens uit een familie voor enige tijd -of permanent- monnik wordt. Monniken zijn er voor het streven naar het allerhoogste: geheel los zijn van alle begeerte. Los dus van de bron van alle ellende in de wereld. Boeddhisme erg kort samengevat. De gewone sterveling komt daar niet aan toe. Dat is ook niet erg. Deze kan goed Karma kopen door monniken te ondersteunen, o.a. met voedsel en giften. De communistische regering heeft tijdens de machtsovername in 1975 geprobeerd het Boeddhisme de kop in te drukken, maar is daar na een jaar ijlings van teruggekomen. Ze werd namelijk wat te impopulair.

Meerdere dorpjes en meerdere stammen bezoeken we: Khamu, Hmong en Lao. Wederom in een open truck, met veel stof alhoewel we ook regelmatig op asfalt rijden.

In de dorpjes vraag je je af wie wie bekijkt. Vaak volgt een nieuwsgierige kinderschaar ons. Onderweg ook veel zwaaiende kinderen. Wat opvalt tijdens de bezoeken is dat je krijgt wat je geeft: groet vriendelijk en vraag om toestemming voor het nemen van een foto en je krijgt vriendelijkheid terug. Je bent geen indringer meer. Loop je als een lomperik zonder iets te zeggen (+) te fotograferen, dan kijkt men niet altijd even vriendelijk. De lezer van deze reisimpressie begrijpt nu natuurlijk dat ons reisgezelschap specimen van beide categorie'n bevat.

Naast veel houten huizen zien we hier en daar ook al stenen huizen. Niet vergelijkbaar met die in Nederland overigens. Het is overal erg schoon, ondanks loslopende beesten. Veel mensen hangen gewoon rond, doen niets. Een ledig leven lijkt het wel. Hier en daar zie je kleine 'winkeltjes', uitstallingen voor de huizen. Weinig traditionele klederdracht. Veel jeugd op brommers. Geen personenauto's.

De provinciehoofdstad Oudomxay is goed voor een lunch: een stevige, pittige kippensoep. Soep is standaardonderdeel van een maaltijd in Laos. Terug in Pakbeng hebben we allemaal heerlijk warme gezichten van de hete luchtstromen in de open truck. Erik heeft helaas wat hoofdpijn. Te veel stof vermoedelijk.

Woensdag, 31-3-04 (dag 7)

Weer lekker vroeg op (6.00 uur) voor deel twee van de boottocht op de Mekong. Verder naar de voormalige hoofdstad van het Koninkrijk van Laos -Lan Xang- Luang Prabang. Laos is van circa 1350-1700 een koninkrijk geweest. Daarna heeft het bestaan uit een drietal koninkrijken en heeft het vele aanvallen uit Siam (Thailand) en Vietnam mogen ondergaan. En dan hebben we de Koloniale overheersing door de Fransen, de Japanse inval en de VS-bombardementen tijdens de Vietnamoorlog natuurlijk nog gehad. Dat laatste is pikant: bommenwerpers op weg naar Vietnam die hun bommen niet kwijt konden, loosden deze in Laos omdat de vliegtuigen niet vol in Thailand (op de VS-bases) mochten landen. Na de koloniale overheersing (ca. 1953) heeft Laos tot aan de communistische overname in 1975 een koning gehad.

De tocht lijkt op die van eergisteren, alleen dan zonder overstap. Het wordt wel even spannend. Een schip komt de stroomversnelling niet op, waardoor we er niet langs kunnen. Gelukkig is het familie van onze schipper en wijken ze uit. We kunnen verder. Tijdens de tocht wordt wederom goed voor de innerlijke mens gezorgd: we krijgen een lekker soepje, belegd stokbrood en banaantjes.

Bezoeken aan meerdere dorpen verrijken onze dag. Bij het tweede dorpje zien we een jongen met een stok in de lucht rondlopen. Na een paar minuten zingt de stok: hij zit vol cicaden (een insect) die door de lucht vlogen en aan de lijn op de stok zijn blijven kleven. Het avondeten voor de jongen is verzekerd. Enkele vrouwen proberen ons handgemaakt weefwerk aan te bieden. Ze geven niet snel op.

In de buurt van Luang Prabang bezoeken we de Pak Ou grotten. Deze bevatten een enorme hoeveelheid aan Boeddhabeelden, in allerlei maten. Indrukwekkend!

In Luang Prabang aangekomen gaan we met ons vieren op zoek naar een eetgelegenheid. We eindigen in de enige gaybar die we tot nu toe hebben gezien. Gek hoor. Je kunt er eten. Het eten wordt geleverd door het restaurant aan de andere kant van de weg. De bar wordt gerund door een Zweed die genoeg had van het jachtige leven in Zweden en Nederland. Mercedus, zijn vrouw etc. aan de kant gezet. Hij had gewerkt in Aalsmeer en een illegale Poolse jongen in Nederland geadopteerd. Die jongen was getrouwd -met een vrouw- in de Noorse kerk te Rotterdam en vierde het huwelijksfeest in de gaystraat van Amsterdam. De jongen is nu genaturaliseerd tot Zweed. Hoeveel gekker kun je het verzinnen! Later vertelde de Zweed over hoe de ouders van zijn Laotiaanse vriend hem hadden verteld de jongen te accepteren zoals hij is: nogal vrouwelijk en zich af en toe ook zo kledend. Het eten was aardig. Cocktails heerlijk. En het kost allemaal ook niets hier. Later kwam de eigenaar zich ook nog even voorstellen. Een alleraardigste jongeman. Gelukkig minder babbelziek dan de Zweed.

Donderdag, 1-4-04 (dag 8)

Slecht geslapen vanwege een verrekte spier op de boot. Had wat gerekt en gestrekt. Gelukkig kan Corrie goed masseren. Het blijkt uiteindelijk om vier plekken te gaan rondom de linkerschouder. Nooit geweten dat je -tijdens de massage- bleek, misselijk en duizelig van pijn kunt worden. Pijnstillers en massages de komende dagen. Komende maandag zal het allemaal goeddeels over blijken te zijn.

Vandaag is het rondkijken in Luang Prabang geblazen. Niet voor niets stad der tempels genaamd. En niet voor niets op de lijst van het cultureel erfgoed van de UNESCO. Ook het voormalige Koninklijke paleis wordt bezocht. Neutraal City Museum genoemd. Behandeling van de koninklijke familie na de communistische machtsovername is een gevoelig punt, een taboe hier. Vermoedelijk zijn ze gestorven in een strafkamp in het Noorden van het land (vanwege erbarmelijke leefomstandigheden).

Tijdens ons bezoek aan Wat (=tempel) Chom Si worden we aangesproken door een leerling Monnik. Deze wil graag zijn Engels oefenen. Dat doet hij best wel lang. Hij is wat moeilijk af te schudden zogezegd. Zelfs na onze steunbetuiging van $5 voor zijn studie in Vientiane en de toezegging dat hij zijn Engels per brief mag oefen op ons, blijft hij doorpraten. Het lastige daarbij is dat Monniken nogal zacht praten. Toch loopt onze tweede adoptie goed af.

De lunch was wat vandaag bijzonder. Onze vriend Jan was wat stil. Op mijn vraag of er iets is antwoord hij dat hij zich buitengesloten voelt. Hij kreeg te weinig aandacht van vriendin Corrie. Deze trekt teveel met mij op. Zo kan hij te weinig ervaringen met Corrie delen. Ai, waar gaat dat naar toe. We beloven in ieder geval ons leven te verbeteren. Het avondeten is eens in een wat andere samenstelling. Nico en Vera hebben zich bij ons gevoegd. We eten in een tentje aan de rivier met veel lekkere traditionele gerechten. Maar rauw varkensvlees is ook weer niet de bedoeling, dus Erik vraagt of het toch nog even gebakken kan worden. Best wel lastig als het personeel niet zo goed Engels spreekt. Desalniettemin een goede sfeer. Alleen merk ik er allemaal wat minder van door de pijn in mijn schouder.

[ << ] [ 0 ] [ 1 ] [ 2 ] [ 3 ] [ 4 ] [ 5 ] [ >> ]